1. De doelgroep
De doelgroep bestaat uit (jong)volwassenen met een verstandelijke beperking, in de leeftijd vanaf achttien jaar. De beperkingen zijn divers en niet onder een noemer te plaatsen.
De cliënten komen op maandag, donderdag en vrijdag bij de zorgboerderij. De rest van de week werken ze bij een regulier dagcentrum. De zorgboerderij biedt op maandag, donderdag en vrijdag dagbesteding aan deze doelgroep.
Het zijn cliënten met verschillende beperkingen en stoornissen, er zijn grote verschillen binnen de groep. Elke cliënt heeft een eigen specifieke behoefte en vertoont specifiek gedrag.
Toegespitst op de zorgboerderij:
De invulling van de dag is afhankelijk van de behoeftes en wensen van elke volwassene. Dit varieert van werkzaamheden op de boerderij, met de dieren, in de pluktuin of in de houtwerkplaats. Ook is er de mogelijkheid om bijvoorbeeld te helpen met boodschappen doen, huishoudelijke taken of om knutselactiviteiten te doen.
Op de zorgboerderij verzorgen wij kalfjes, pony’s en de honden. Het contact en het werken met landbouw(huis)dieren kan voor cliënten bijzondere en positieve effecten opleveren.
Er wordt tevens gekeken hoe er gewerkt kan worden aan doelen gedurende de activiteiten van de dag. Belangrijk zijn de terugkerende gezamenlijke eet- en drinkmomenten, waarbij er aandacht is voor ieders verhaal.
Onze speerpunten:
1. Het bieden van een voorspelbare, gestructureerde omgeving zodat duidelijkheid en overzicht gecreëerd wordt en men daardoor tot zelfontplooiing kan komen.
2. Ondersteunen bij het vergroten van het zelfvertrouwen en het verkrijgen van een positief (positiever) zelfbeeld.
3. Ondersteunen in het uiten van emoties en het aangaan van sociale contacten, waarbij de psychische en fysieke veiligheid van de cliënt ten allen tijde gewaarborgd wordt.
4. Activiteiten op de boerderij worden zo ingezet dat de cliënten hun eigen mogelijkheden leren ontdekken en gebruiken, waarbij aandacht is voor het verbeteren van de interactie, het stimuleren van het omgaan met alledaagse opgaven en het bevorderen van creatieve processen.
5. De therapeutische grondhouding wordt gekenmerkt door onze kernwaarden onvoorwaardelijke acceptatie, echtheid en empathie.
De hulpvraag en specifieke behoeftes zijn:
Onze speerpunten gelden voor alle volwassenen en komen dagelijks terug in onze manier van werken. Samen met de gedragswetenschapper wordt er daarnaast gekeken naar persoonlijke doelen passend bij de volwassene.
2. Doelgroep definitie
De zorgboerderij beoogt een warme, veilige plek te zijn waarin de meerwaarde van de dieren, de ruimte, de regelmaat en de variatie positief gebruikt wordt voor de ontwikkeling ven elk individuele cliënt.
De cliënten hebben over het algemeen een laag zelfbeeld en weinig zelfvertrouwen, daarom zoeken we op de boerderij naar activiteiten waar de capaciteiten en ambities van de cliënt juist benadrukt worden.
Ontwikkeling is steeds onze inzet, het zoeken naar nieuwe uitdagingen en het aanboren van verborgen talenten zijn een wezenlijk onderdeel van de dagelijkse gang van zaken op de boerderij.
Kwaliteit staat bij ons hoog in het vaandel. Om deze kwaliteit te kunnen nastreven vinden wij het belangrijk om met kleine groepen te werken Zo hebben wij een maximale groepsgrootte van zes volwassenen per dag, waarbij er minimaal twee begeleiders aanwezig zijn. Op deze manier hebben wij voldoende aandacht, ruimte en mogelijkheden om de volwassene zo veilig en prettig mogelijk te laten ontwikkelen.
3. Naam en doel methodiek
De zorgboerderij creëert een vorm van dagbesteding, wat dat betreft “behandelen” we niet, maar begeleiden en ondersteunen wij.
De zorgboerderij hanteert facetten uit de cliëntgerichte (muzisch-agogische methodiek) en de gedragsmatige-cognitieve benadering.
Muzisch-agogische benadering:
Het doel is de cliënten uit te nodigen actief te zijn. Activiteiten op de boerderij worden zo ingezet dat de cliënten hun eigen mogelijkheden leren ontdekken en gebruiken. Dieren op de boerderij kunnen een medium zijn waardoor mensen met elkaar in contact komen.
De creatief-agogische benadering benadrukt de activiteit van de cliënt: het verbeteren van de interactie, het stimuleren van het omgaan met alledaagse opgaven en het bevorderen van creatieve processen.
De alledaagse activiteiten op de boerderij hebben ook een functie, ze zorgen voor ritme, structuur en samenhang in het leven. Terugkerende bezigheden zorgen ervoor dat ze niet elke keer hoeven te bedenken wat hun te doen staat. Het geeft ze oriëntatie in tijd, plaats en handeling, en zorgt ervoor dat ze greep en zicht houden op hun leven.
Gedragsmatige-cognitieve benadering:
De nadruk ligt hierbij op concrete handelingen om bepaald gedrag mogelijk te maken.
Gewenst gedrag wordt beloond en ongewenst gedrag verminderd door het te negeren of door alternatieven voor dit gedrag aan te bieden. Beloningen als complimentjes en schouderklopjes verdienen hierbij de voorkeur, negatieve feedback wordt zo min mogelijk gebruikt als middel. Leren door imitatie is hierbij ook een heel belangrijk uitgangspunt, als begeleider geef je het goede voorbeeld. Ook het benoemen en belonen van goed gedrag is hierbij van belang.
Cliëntgerichte therapie:
Deze manier van werken spreekt ons zeer aan, omdat we van mening zijn dat je naar de mogelijkheden moet kijken, wil je wat bereiken voor en met de cliënt, en dat je niet naar de beperkingen moet kijken.
De therapeutische grondhouding wordt gekenmerkt door onvoorwaardelijke acceptatie, echtheid en empathie. Een veilig therapeutisch klimaat is essentieel.
Op basis van dit klimaat worden specifieke therapeutische methoden en technieken toegepast.
Uitgangspunten zijn:
De mens ontwikkelt zich.
Mensen kunnen zelf richting aan hun leven geven.
Ieder mens is uniek.
Voorop staat dat de volwassenen zich kunnen ontwikkelen, een plezierige dagbesteding hebben en vooral zelfzelf mogen en kunnen zijn. Dit komt tot uiting op de manier waarop wij werken, namelijk vanuit de eerder genoemde pijlers empathie, onvoorwaardelijkheid en echtheid. Daarbij is dus de cliëntgerichte benadering ons uitgangspunt:
De volwassene staat te allen tijde voorop met zijn/haar individuele behoeftes.
De boerderij beoogt een warme, veilige plek te zijn waarin de meerwaarde van de dieren, de ruimte, regelmaat en variatie positief gebruikt wordt voor de ontwikkeling van elk individu.